In het 8e hoofdstuk van het Evangelie van Matteüs lezen we over de genezing van een melaatse.
Er kwam iemand naar Hem toe die door een huidziekte onrein was. Hij wierp zich voor Hem neer en zei: ‘Heer, als U wilt, kunt U mij rein maken.’ Jezus strekte zijn hand uit, raakte hem aan en zei: ‘Ik wil het, word rein.’ En meteen was hij van zijn ziekte gereinigd. Jezus zei tegen hem: ‘Denk erom dat u er met niemand over praat, maar ga u aan de priester laten zien en breng als getuigenis voor de mensen het offer dat Mozes heeft voorgeschreven.’
Dit is de vertaling van de Griekse tekst, en wel van zeer betrouwbare, oude Griekse tektstgetuigen; enkele vroege papyri (zoals de oude P1, de eerbiedwaardige Codex Sinaïticus (א), Codex Alexandrinus (A), Codex Vaticanus B), en nog vele meer.
Oud en eerbiedwaardig dus. Toch zijn er nog oudere tekstgetuigen, alleen geen Griekse. Het zijn oud Syrische en oud Latijnse vertalingen (Vetus Latina). Deze teksten lijken ‘tweedehands’, het zijn immers vertalingen van een Griekse tekst, maar wel van een oude Griekse tekst uit de 2e eeuw, een tijd waarvan we heden ten dage geen Griekse tekstgetuigen (manuscripten) meer hebben. Ook van die vertalingen uit de 2e eeuw bleven geen manuscripten bewaard. Maar de kerkvaders kenden ze wel en gebruikten ze in hun geschriften. En die geschriften hebben we nog wel – of de kopieën ervan. In ieder geval hebben we hier getuigen uit een vroege tijd, die teksten aanhalen uit de evangeliën, die soms afwijken van de Griekse teksten die als basis voor moderne vertalingen dienen. Eén van die kerkvaders was Tatianus, die – niet als enige – een evangeliënharmonie samenstelde: één doorlopend verhaal van alle gegevens uit de vier canonieke evangeliën, en enkele Joodse evangeliën (die bijna geheel verloren gingen). Nu is ook dat Diatessaron verdwenen, maar hier hebben latere kerkvaders, die het in hun tijd nog ter hand konden nemen, eruit geciteerd. Ik noem enkele van die getuigen in verband met onze tekst over de gereinigde melaatse. Wat zegt Jezus daar dan tot de gelukkige?
Op twee plaatsen bij Efrem de Syriër (4e eeuw), in zijn ‘Commentaar op het Diatessaron’, 12:223, (tegenwoordig in het Engels te koop voor 50 €) lezen we:
Ga heen, vertoon u aan de priesters en voer de wet uit, die gij veracht.
Romanos Melodos (Byzantijns componist, 6e eeuw), in zijn ‘Hymne op de genezing van de melaatse’, 20:15:
Ga, vervul de wet, en haast je om je te tonen aan de priester, en breng het offer dat mijn kind Mozes heeft voorgeschreven aan gereinigde melaatsen.
Bij Isho’dad van Merv (bisschop in de 9e eeuw, onder Abbasidisch califaat), lezen we in zijn ‘Commentaar op Matteüs’, 8:4:
(… dat hij moest) gaan naar de priesters en een offer brengen zoals de wet gebood.
Het ‘Luikse diatessaron’ 58, uit de 13e eeuw, in het Middelnederlands:
Ganc ten papen van der wet. En vertoegh di hen. En offer he alselke offerande alse moyses gheboet in der wet.
Vertaald is dat: Ga naar de papen van de wet, en toon jezelf aan hen, en offer hen zoals Mozes gebood in de wet.
De Venetiaanse harmonie, 42:
Ga en toon jezelf aan de opzichters en breng het offer dat de wet gebied.
Dit zijn getuigen van een tekstvariant die het heeft over het te vervullen gebod van de wet. Wat wij niet weten is of – en in hoeverre, deze geschriften kopieën zijn, hoe vrij ook overgenomen, van Tatianus’ Diatessaron. Dat geldt zeker voor het Luikse Diatessaron (uit 1300) en het Venetiaanse (?). Maar het is ook gewoon leuk om even uit een Middelnederlands geschrift te citeren.
We weten dat er in de vroege kerk hevige discussies waren over de vraag of heidenchristenen de wet van Mozes moesten houden of niet. Dat Jezus ronduit zou geboden hebben te doen wat de wet gebied, dat zou toch wel erg in het voordeel gespeeld hebben van jodenchristenen, zeker van die groepen onder hen die vonden dat ook heidenchristenen de wet moesten houden. Had Jezus het immers niet zelf gezegd? Paulus zou gesteigerd hebben. Evenals zijn volgelingen, de heidenchristenen, die al gauw de hoeders en doorgevers werden van de evangelieteksten en die mogelijk de al te duidelijke verwijzing naar de wet hebben weggelaten.